Bijlage 1. Jeugdhulp
Van 1 januari 2015 zijn de gemeenten volgens de Jeugdwet verantwoordelijk voor een aantal taken op het gebied van jeugdhulp. Landelijk is er vanaf het begin van de decentralisatie een tendens zichtbaar van oplopende kosten. Ook in de gemeente Wassenaar zijn de kosten van jeugdhulp aanzienlijk toegenomen. Wij hebben u al eerder geïnformeerd over deze kostenstijging jeugdhulp via eerdere producten van de P&C cyclus en een aparte raadsinformatiebrief in het najaar van 2018.
De verwachting is dat er voor jeugdhulp vanuit het rijk een tegemoetkoming zal komen bij de Meicirculaire. Het rijk heeft inmiddels een toezegging gedaan, maar deze is niet toereikend. Met de hogere rijksbijdrage is in de cijfers nog geen rekening gehouden omdat het bedrag voor Wassenaar nog niet is te bepalen.
Analyse kostenstijgingen
Jeugdhulp via Zorg in Natura
Vanuit het Inkoopbureau H10 zijn en worden (regionale) analyses gemaakt van de ontwikkelingen aangaande zorg in natura. Het beeld dat daaruit naar voren komt, is dat er meerdere oorzaken zijn. Kort samengevat, kan worden gesteld dat een deel van de problematiek samenhangt met aspecten van het systeem. Voorbeelden hiervan zijn: stijging van tarieven van bepaalde zorgproducten, toegepaste wijzigingen in de systematiek van kostentoedeling (ofwel de zogenaamde tarief-/product-harmonisatie) en waterbedeffecten in samenhang met andere wettelijke kaders. Andere oorzaken van de kostenstijging hangen samen met de instroom en verblijfsduur van kinderen uit Wassenaar in jeugdhulp. Zo wijzigen de cijfers op een toename van de gebruiksduur van zorg, ofwel meer complexiteit. Ook zijn de absolute aantallen van jeugdigen in de jeugdhulp in de afgelopen periode gestegen.
De ontwikkeling van de kosten voor jeugdhulp laten vanaf 2015 een stijgende lijn zien. Op basis van de realisatiecijfers over 2018 en de analyses van de kostenstijgingen, is het op dit moment niet aannemelijk dat de kosten voor jeugdhulp de komende periode zullen dalen. Daarom wordt voorgesteld de kosten voor jeugdhulp voor 2019 en verder te ramen op het niveau van de realisatie over 2018 en daarmee voor 2019 € 340.000 bij te ramen.
Jeugdhulp via Persoonsgebonden budget
De kosten voor jeugdhulp bekostigd via een persoonsgebonden budget zijn licht gedaald. Daarom wordt voorgesteld € 30.000 af te ramen.
Overige voorzieningen
Daarnaast is sprake van stijging van kosten voor jeugdhulp via overige voorzieningen met name specifiek maatwerk en zittend ziekenvervoer jeugd-ggz. Ook dat betekent een ontwikkeling van meer behoefte aan jeugdhulp als een toename van complexiteit. Daarom wordt voorgesteld 130.000 bij te ramen.
Maatregelen
Er wordt zowel regionaal en in afstemming met het Inkoopbureau, als lokaal gewerkt aan maatregelen. Hoe beter wij er in slagen te voorkomen dat jeugdigen in (niet vrij toegankelijke) jeugdhulp komen en/of blijven en als zij zorg nodig hebben, dit zo zwaar als nodig en zo licht als mogelijk is, hoe beter beheersbaar de kosten worden en het systeem houdbaar blijft.
Regionaal
Op regionaal niveau werken de gemeenten toe naar de invoering van een resultaatgericht jeugdhulpstelsel. Dat moet tot een systeem leiden dat vraaggericht is, meer ruimte biedt voor innovatie en de professional en stuurt op resultaten. Deze resultaatsturing vindt plaats op meerdere niveaus; op het niveau van stelsel (maatschappelijke doelen), van de individuele jeugdhulpaanbieder (prijs-kwaliteit verhouding) en binnen het individuele hulpverleningstraject (is een gezin geholpen). Dat moet ook leiden tot meer zicht op de kosten en stroomlijnen ervan.
Aan de invoering van dit stelsel zijn ook kosten verbonden, bijvoorbeeld voor de technische inkoop. Daarnaast is sprake van intensivering van het regionaal contactmanagement en meer verbindingen met de individuele gemeenten via lokale accountgesprekken. Ook daar hangt een kostenplaatje aan. Daarom wordt voorgesteld € 30.000 bij te ramen.
Lokaal
Op lokaal niveau geven we sturing aan jeugdhulp via investering in het lokale jeugdteam. Een van de taken van de gemeente volgens de Jeugdwet is het organiseren van de toegang tot niet vrij toegankelijke ofwel geïndiceerde voorzieningen. Zoals aangegeven, stijgt het gebruik van de geïndiceerde jeugdvoorzieningen jaarlijks en is de druk op de uitvoeringsbudgetten groot. Maar ook de druk op de beschikbare capaciteit voor het indiceren, is hierdoor gestegen, waardoor de beschikbare capaciteit ruim onvoldoende is en moet worden aangepast voor het tijdig en kwalitatief goed kunnen afhandelen van alle jeugdhulpaanvragen.
Daarnaast moet de transformatie verder vorm worden gegeven, om te komen tot betere zorg voor jeugdigen. Zoals aangegeven, wordt hiervoor vanaf 1 januari 2020 de jeugdhulp op een andere manier ingekocht. Er is hiervoor ook een stevigere toegang tot geïndiceerde voorzieningen nodig, die voldoende kwaliteit en tijd heeft om de juiste route in te zetten bij een hulpvraag. Dit leidt ertoe dat er meer rollen moeten worden belegd in het lokale team. De rollen die moeten worden belegd zijn indiceren, toetsen, evalueren, regisseren en samenwerking met Gecertificeerde Instellingen voor jeugdbescherming en jeugdreclassering. De intensiteit waarmee de rollen worden ingezet en het percentage kinderen waarop je dit toepast, bepaalt de mate van sturing op de toegang. Deze nieuwe manier van werken, vraagt ook extra capaciteit voor de uitvoering. Verder is er ook extra beleidsmatige capaciteit nodig om meer sturing en grip te hebben op de transformatie van de jeugdhulp.
Kortom, gezien de huidige druk op de capaciteit en de verwachte toenemende druk op de capaciteit door de noodzakelijke activiteiten, wordt voorgesteld € 117.000 bij te ramen.
Prognoses
Het opstellen van tijdige prognoses voor kosten van jeugdhulp blijft een lastig vraagstuk. Jeugdhulpaanbieders zijn nog onvoldoende in staat om tijdig en volledig declaraties in te dienen. Dit belemmert een adequate en tijdige raming van de te verwachten kosten die worden gemaakt door het Inkoopbureau H10.
Daarnaast blijven de kosten voor jeugdhulp lastig te prognosticeren. Jeugdhulp is een open-einde regeling. De gemeente heeft een zorgplicht op basis van de Jeugdwet. Gelet op de breedte van de doelgroep en noodzaak, aard en duur van jeugdhulp, zijn de kosten lastig te voorspellen. Verder zijn er meerdere wettelijke verwijzers naar jeugdhulp, waardoor het maar beperkt mogelijk is sturing te geven. De kosten kunnen dan ook per jaar verschillen.
Bijlage 2. Voortgang bezuinigingen
In 2019 is voortvarend gewerkt aan het realiseren van de bezuinigingen in de begroting 2019. In totaal was € 1.087.000 aan bezuinigingen opgenomen. Hiervan is op dit moment € 1.048.000 gerealiseerd. Aan de invulling van twee bezuinigingen wordt op dit moment nog gewerkt, dat zijn de heroriëntatie van het Warenar complex en het beperken van de welstandscommissie.
Het afschaffen van de kapvergunning leverde geen toereikende bezuiniging op. Daarom is deze bezuiniging vervallen. Het structurele effect hiervan bedraagt € 38.000 nadelig. Dit bedrag is meegenomen in het meerjarenperspectief van de kadernota 2020. De tabel met het totaaloverzicht is hieronder opgenomen.
Bezuiniging | 2019 | Stand van zaken | |
1. | 3% verlaging van subsidies | 115.000 | Gerealiseerd |
2. | Wijkmanagement | 9.000 | Gerealiseerd |
3. | Vervallen subsidie Talentum | n.v.t. | Gerealiseerd |
4. | Taakstelling sociaal domein | 0 | Gerealiseerd |
5. | Heroriëntatie Warenar complex | n.v.t. | Het factor C traject, om te komen tot een gedragen besluit, is gestart. |
6. | Activerend arbeidsmarktbeleid | 0 | Gerealiseerd |
7. | Meerkostenregeling | 50.000 | Gerealiseerd |
8. | Taakstelling fysiek domein wegen van B naar C | 240.000 | Gerealiseerd |
9. | Beperken dotatie verkeerslichteninstallaties | 110.000 | Gerealiseerd |
10. | Afschaffen evenementenkalender | 5.000 | Gerealiseerd |
11. | Vervallen kapvergunning | 9.000 | In 2019 en 2020 wordt deze bezuiniging niet gerealiseerd. In 2019 wordt een startnotitie opgesteld om te komen tot nieuwe kaders voor de bescherming van bomen. |
12. | Beperken erfgoedbeleid | 38.000 | Gerealiseerd |
13. | Beperken Welstandscommissie | 30.000 | Scenario's worden uitgewerkt |
14. | Taakstelling WODV | 100.000 | Gerealiseerd |
15. | Kostendekkende leges, rijbewijzen, etc. | 35.000 | Gerealiseerd |
16. | 0.2 fte minder wethouders | 20.000 | Gerealiseerd |
17. | Eenmalige onttrekking reserve frictiekosten | 326.000 | Gerealiseerd |
18. | Verhoging OZB | 0 | Gerealiseerd |
Totaal te bezuinigen 2019 | 1.087.000 | ||
Totaal gerealiseerd 2019 | 1.048.000 | ||
Totaal nog te realiseren 2019 | 39.000 |