Voorjaarsnota 2019

Programmarapportages

Invoering Omgevingswet

Afdeling

RO

Startdatum programma

1-4-2017

Rapportageperiode

1-10-2018

31-3-2019

Stadium programma

Effectueringsstadium

Verwachte einddatum programma

1-1-2021

Peildatum rapportage

27-3-2019

Omschrijving programma

Aanleiding
Per 1 januari 2021 treedt de Omgevingswet in werking. Daarmee worden 26 wetten, 120 Algemene Maatregelen van Bestuur en 120 ministeriële maatregelen samengevoegd. Deze wet kent daarbij vier verbeterdoelen:

  • inzichtelijk omgevingsrecht;
  • leefomgeving centraal (samenhangende benadering);
  • ruimte voor maatwerk (bestuurlijke afwegingsruimte);
  • snellere & betere besluitvorming.

De drie veranderopgaven
Deze veranderingen en verbeterdoelen brengt voor onder andere gemeenten drie veranderopgaven met zich mee:

  • een juridische opgave:

vereenvoudiging van juridische regels en een andere manier van het aanbieden van deze juridische regels;

  • digitale opgave:

aansluiten op het landelijke systeem het digitaal stelsel Omgevingswet en ontsluiten van informatie, waarbij nagedacht moet worden over de gewenste informatie - en applicatiestructuur. Daarbij is het belangrijk om de bestaande processen - visie ontwikkeling, planvorming, vergunningverlening en beheertaken - tegen het licht te houden en waar nodig aan te passen;

  • de opgave om anders te (gaan) werken:

een intensievere manier van samenwerken met ketenpartners (denk aan GGD, Omgevingsdienst en Veiligheidsregio), maar ook meer samenwerken met inwoners, bedrijven en buurgemeenten. Verder vraagt de Omgevingswet een andere rol en werkwijze van raad, college en ambtelijk apparaat).

Wat vraagt dit van gemeenten?
Dit alles vraagt van gemeenten om na te denken over de ambitie die zij hebben met deze wet. Afhankelijk van de ambitie en de manier waarop de gemeente nu al werkt zal in meer of mindere mate een andere manier van werken nodig zijn. Wij pakken dit op  door binnen het Programma invoering Omgevingswet te leren, ervaren, verankeren in structuren en uiteindelijk verankeren op de werkvloer. Daarbij werken we regionaal samen in de regio Haaglanden en in Hart van Holland en vergroten we onze kennis & leren door regionaal deel te nemen aan verschillende leerkringen en regionale werkgroepen m.b.t. de Omgevingswet.

Ambitie
Met de implementatie van de Omgevingswet willen we ontwikkelingen in de leefomgeving mogelijk maken. Daarbij staan vertrouwen en onze inwoner/initiatiefnemer centraal.

Strategische doelen
1. Behoud en versterking van de kwaliteit van onze leefomgeving met ruimte voor initiatieven mede door deregulering/andere regulering;
2. Integrale afweging met betrekking tot alle belanghebbenden op basis van vertrouwen ook in de regio;
3. De WODV, gemeenteraad en het college kunnen werken op basis van vertrouwen door middel van loslaten en openstaan voor initiatieven/ideeën.

Concrete doelen (baten) 2019-2020
A. Regionale samenwerking:
1. Er is een beeld gevormd bij de noodzakelijke regionale samenwerking vanwege de decentralisatie/transitie.

B. Kerninstrumenten:
1. We voldoen vanaf 1-1-2021 aan alle wettelijke minimumvereisten van de Omgevingswet;
2. Vanaf 1-1-2021 is duidelijk op welke manier alle informatie voor initiatiefnemers, betrokkenen en belanghebbenden beschikbaar zijn.

C. DSO & dienstverlening:
1. Vanaf 1-1-2021 is duidelijk op welke manier alle informatie voor initiatiefnemers, betrokkenen en belanghebbenden beschikbaar is.

D. Organisatie:
1. Alle betrokkenen (intern en extern) kunnen integraal samenwerken.

E. Communicatie & participatie:
1. Alle stakeholders zijn geïnformeerd over de voortgang van de Omgevingswet;
2. Het is duidelijk hoe met participatie onder de Omgevingswet om moet worden gegaan.

Aspect van rapportage

Voorgaande periode

Huidige periode

Verwachting komende periode

Huidige stand van zaken en toelichting daarop

Verwachting komende periode

Doelstelling

Doelstelling van het programma in 2018 was: ervoor zorgen dat de organisatie - zowel bestuurlijk als ambtelijk - en de inwoners/bedrijven vanaf 1 januari 2021 de kennis en tools hebben om te kunnen handelen in de geest van de Omgevingswet.

Naar aanleiding van de door de raad op 18 december 2018 vastgestelde Programmavisie invoering Omgevingswet is het doel aangescherpt. De aangescherpte doelen zijn is terug te lezen in het Programmaplan invoering Omgevingswet 2019-2020. Daarbij is een onderscheid gemaakt in strategische doelen en concrete doelen.

Onder de algemene beschrijving zijn de strategische en concrete doelen benoemd die gesteld zijn tot 1-1-2021.

Planning

In de periode 2017-2018 heeft kennisdeling en kennis vergroten (regionaal via bijvoorbeeld leerkringen, werkgroepen) centraal gestaan naast het traject dat u heeft doorlopen om te komen tot het benoemen van uw ambities met betrekking tot de implementatie van de Omgevingswet. Op 18 december 2018 is de Programmavisie invoering Omgevingswet door u vastgesteld. Deze visie dient als basis voor het Programmaplan invoering Omgevingswet 2019-2020.

Het college behandelt in april het Programmaplan invoering Omgevingswet 2019-2020 waarna zij het programmaplan ter kennisname naar u toe stuurt. In het programmaplan staan de te behalen eind en tussenresultaten. Ook wordt aangegeven welke onderdelen een bestuurlijk dan wel ambtelijk traject zijn. Daar waar het onderwerp betrokkenheid van de raad vraagt, staat dat als zodanig aangegeven.

Voor de zomer vindt een herijking plaats van de in 2017 uitgevoerde financiële impactanalyse, de resultaten worden meegenomen in de begroting 2020. Indien de analyse ten opzichte van de huidige voorziening/bestemmingsreserve grote verschillen laat zien komen wij met een voorstel naar u toe.

Totaal geraamde uren

voor 2019: 5.303 uur

Besteed tot peildatum

1e kwartaal 2019: 191 uur

Restant uren

Voor 2020 moeten de uren nog geraamd worden

Kwaliteit

De door u vastgestelde programmavisie dient als basis voor de te behalen resultaten en kwaliteit.

Het programmaplan invoering Omgevingswet 2019-2020 bevat de te behalen resultaten. De resultaten zijn benoemd op basis van uw visie en de roadmap Omgevingswet van de VNG met de minimale resultaten die gemeenten moeten behalen.

Per resultaat wordt bekeken wie de stakeholders zijn en samen met deze stakeholders wordt bekeken wat de te behalen kwaliteit is. Daarmee beogen we de gevraagde kwaliteit te leveren.

Financiën

Voor de implementatie van de Omgevingswet is in 2017 een voorziening invoering Omgevingswet ingesteld met een bedrag van € 350.000 en een bestemmingsreserve invoering Omgevingswet met een bedrag van € 672.000. Vanuit de voorziening is in het jaar 2018 een bedrag van € 19.691 gebruikt.

Voor de periode 2019 is met de vaststelling van de Programmavisie invoering Omgevingswet op 18 december 2018 door de gemeenteraad ook een begrotingswijziging vastgesteld. Vanuit de bestemmingsreserve is een bedrag van € 200.000 overgeheveld naar de voorziening invoering Omgevingswet voor activiteiten in het jaar 2019 ten behoeve van de implementatie Omgevingswet.

Voor 2019 is een bedrag van € 556.843 geraamd voor extra capaciteit om het plan uit te voeren, externe ondersteuning en de geldelijke bijdrage aan Hart van Holland.

Beschikbaar gesteld budget

1.022.000

Besteed tot peildatum

19.691

Restant budget

1.002.309 (verdeeld over de voorziening en bestemmingsreserve)

Aspect van rapportage

Voorgaande periode

Huidige periode

Verwachting komende periode

Huidige stand van zaken en toelichting daarop

Verwachting komende periode

Tempo

Het tempo wordt mede bepaald door de onzekerheden die er nog zijn voor wat betreft deze complexe opgave:

  • Juridisch: het wetgevingstraject van het Rijk is nog niet afgerond, hierdoor kunnen nog wijzigingen plaatsvinden met mogelijke gevolgen voor bijvoorbeeld gemeenten. Daarnaast moeten wij als organisatie (bestuurlijk en ambtelijk) leren werken met de in de Omgevingswet genoemde kerninstrumenten (omgevingsvisie, omgevingsplan, programma);
  • Digitaal stelsel Omgevingswet: inwoners/initiatiefnemers en andere overheden moeten in staat worden gesteld om over dezelfde informatie te beschikken. Het is echter nog steeds niet duidelijk wat hiervoor precies per 1 januari 2021 nodig is en wie (gemeente - rijk) waarvoor aan de lat staat. Dit jaar moet meer duidelijk worden doordat het rijk bouwstenen vrijgeeft;
  • Andere manier van werken: we weten wel dat de Omgevingswet een andere manier van werken beoogt. We moeten meer samenwerken met inwoners/initiatiefnemers en andere overheden. De concrete stappen die we moeten zetten om kennis en vaardigheden Omgevingswetproof te maken worden dit jaar inzichtelijk.
  • Financieel: door de genoemde onzekerheden is het niet duidelijk wat dit betekent voor de structurele kosten rondom de Omgevingswet.

Voor de komende periode moeten we vooral de landelijke ontwikkelingen in de gaten houden.  Reden hiervoor is dat de doelen alleen gehaald kunnen worden als gemeenten en andere overheidsinstanties tijdig informatie van het Rijk krijgen vooral in het kader van het digitaal stelsel. De resultaten die terug zullen komen in het programmaplan 2019-2020 zijn gebaseerd op wat er minimaal moet zijn en de stappen die we ondanks de genoemde onzekerheden (bij huidige periode) gezet kunnen worden.
Daarbij houden we ook de informatiestroom van het Rijk over het digitaal stelsel en wetgevingstraject in de gaten en participeren we in landelijke bijeenkomsten over dit onderwerp, zodat we op de hoogte blijven van de vorderingen en adequaat kunnen reageren. We zijn geen koploper voor wat betreft de implementatie van de Omgevingswet.

De verwachting is dat het Rijk dit jaar met meer informatie en bouwstenen met betrekking tot het digitaal stelsel komt. Mocht dit niet zo zijn dan moet bekeken worden of dit consequenties heeft voor de (tussen)resultaten die voor 2019 zijn benoemd dan wel de planning.

Het programmaplan invoering Omgevingswet 2019-2020 is zo opgesteld dat op landelijke ontwikkelingen kan worden ingespeeld.

Haalbaarheid

Niet alle activiteiten en daarbij behorende resultaten vanuit het programmaplan invoering Omgevingswet 2018 zijn in 2018 afgerond. Dat was niet erg, want de invoering van de Omgevingswet kent nog een periode tot en met 2020. Resultaten die pas in 2019 of 2020 worden bereikt, zijn daarom meegenomen in het programmaplan voor het jaar 2019-2020.  We blijven monitoren of resultaten worden behaald.

De doelen zijn realiseerbaar mits de duidelijkheid over deze complexe opgave gestaag verder gaat op landelijk nieau (zie ook bij tempo) en zoals we eerder bij de planning voor komende periode ook hebben aangegeven zijn uw ambities van belang voor de te nemen stappen in 2019-2020.

Efficiëntie

Door de doelen te hanteren zoals verwoord onder de algemene omschrijving zorgen we ervoor dat de Omgevingswet ingebed wordt bij bestuur, organisatie en samenleving. De voor 2019 opgenomen resultaten (in het programmaplan) dragen bij aan de gestelde doelen.

Er is op dit moment geen aanleiding om de koers te wijzigen.

Flexibiliteit

De doelen uit de Omgevingswet zijn wettelijke doelen waaraan elke overheid zich moet houden en de verbeterdoelen zijn daar onderdeel van. De organisatie moet er klaar voor zijn om vanaf 1 januari 2021 te werken met deze wet. Verder is er een samenhang met de wijze waarop u de wet wilt implementeren en of de landelijke datum van de inwerkingtreding verandert. Om flexibiliteit te kunnen waarborgen wordt in het programmaplan 2019-2020 gewerkt met resultaten. Hoe we deze resultaten gaan behalen wordt gedurende het jaar per resultaat bepaald.

Voor de komende periode verwachten we geen aanleiding om veranderingen aan te brengen.

Doelgericht

De activiteiten dragen bij aan het doel zoals omschreven bij Omschrijving programma (doel van dit programma). Voor 2019 zijn de middelen voldoende.

Er wordt een herijking van de in 2017 uitgevoerde financiële impactanalyse uitgevoerd:

  • om inzichtelijk te krijgen of de incidentele middelen voldoende zijn op basis van de programmavisie en programmaplan
  • ter voorbereiding op het programmaplan voor 2020 (de resultaten die in 2020 behaald moeten worden)
  • voor zover mogelijk inzichtelijk te krijgen met welke inhoudelijke transitie-aspecten na 2021 rekening moet worden gehouden.